Tag archieven: Hans den Ouden

Reizen met de motor, met paklijst en voorbereiding.

Hans en Dia, zijn 2 motorreizigers die al jaren hun reisverhalen en ervaringen delen via ons platform van Ikzoekeenmotor.nl. Hans schreef ons onderstaand artikel. Met heel wat handige tips en tricks voor beginners, maar ook voor de ervaren motorreizigers. En een paklijst!!

“Wij hebben de afgelopen 5 jaar 155.000 km gereden door 39 landen en hebben daardoor wat ervaring opgedaan met wat werkt op reis.

Wat neem je mee, wat laat je thuis en waar moet je opletten bij de voorbereiding?

De eerste vragen zijn natuurlijk, met welke motor ga je en waar ga je heen. Blijf je in de buurt of ga je naar een ander werelddeel? Hoe is het weer en het klimaat waar je heen gaat en in welk jaargetijde kan je het beste gaan, wanneer is het bijvoorbeeld de regentijd? Dat zijn al een paar vragen waar je over na moet denken voor je begint.

De Motor

Eerst wat over de motor, de motor die je hebt is natuurlijk een prima uitgangspunt, maar is die ook geschikt voor wat jij wilt gaan doen? Vaak wordt gedacht dat een zware all-road de beste keuze is, maar dat is niet altijd het geval, vaak ben je met een lichtere motor beter af als je echt ver op reis wil. De hele wereld is te berijden op een 250cc motor, handig is dat dan weer niet altijd. Wij kozen voor een 650cc motor waarvan we zeker wisten dat hij tegen een stootje kon, met weinig elektronica aan boord, liefst met spaakwielen en tubeless. De spaakwielen zijn minder kwetsbaar dan gietwielen en binnenbanden geven meer werk bij lekrijden dan tubeless, tenzij je natuurlijk een band helemaal aan gort rijdt, dan is er met een binnenband nog wel wat te doen.

Ik zocht uit of er dealers waren in het werelddeel waar we heen wilden en of er bijvoorbeeld aan banden te komen was. Dat leek allemaal goed te komen, alleen pakte de praktijk iets anders uit want er waren weliswaar veel dealers, maar de meeste lokale motoren waren tot 350cc en de 650cc werd gezien als een ‘big bike’ waarvoor ze geen serviceonderdelen hadden. Gelukkig mankeerden ze vrijwel nooit wat op onze reis door Zuid-, Midden- en Noord- Amerika van 55.000 km in acht maanden.

Wij hebben onze motoren van wat extra bescherming laten voorzien, zoals een betere bescherming van de onderkant, de radiator en de koplamp. Valbeugels en bagagerekken zijn ook verstandig, maar dat laatste hangt natuurlijk ook van de bagage waar je voor kiest. Is de bagage hard of zacht en heeft die een rek nodig of is het zonder rek.

Zorg dat de motor enkele weken voor vertrek goed is nagekeken en eventueel onderhoud gehad heeft, zodat je niet meteen onderweg een dealer moet zoeken of een band moet vervangen. Zelfs in de EU ben je vaak een dag kwijt aan het zoeken en monteren van een nieuwe band. Vooral als je maar een paar weken op reis bent, is dat zonde van je tijd.

Motorkleding

Als je langere tijd op reis gaat is een comfortabele motorpak belangrijk, maar je moet ook rekening houden met de verschillende weersomstandigheden. Op reis gebruiken wij geen pak met een vaste waterdichte membraan. Dat is, als de temperatuur oploopt, al snel veel te warm. Een losse membraan, die je over of onder je motorjas kan dragen is veel fijner. Je kan natuurlijk ook gewoon een apart regenpak meenemen. De warmte reguleer ik met laagjes, er gaat technisch ondergoed mee, een windstopper en soms ook een verwarmde jas en handschoenen, afhankelijk van de bestemming. En voorts een cooldown vest, in ons geval hebben we beide gekozen voor een Macna vest, dat je vult met water, i.p.v. een hyperkewl vest dat je moet onderdompelen. Dat onderdompelen was vaak niet realiseerbaar in het achterland.

Ik heb meestal drie paar handschoenen mee, zomer-, regen- en winterhandschoenen.

Laarzen: de meeste kans op schade loopt de motorrijder aan de enkels en voeten. Ik rij daarom altijd met goede degelijke laarzen, maar niet met echte off-road laarzen. Ik heb Alpinestars Tec 7 Enduro Drystar laarzen. Die zijn waterdicht en je kan er ook nog wat op lopen.

Kleding

Je zit de hele dag op de motor, je gewone kleding draag je maar een paar uur per dag. Je hebt dus weinig nodig. Ik neem slechts twee T-shirts mee, een lange broek en een short, drie onderbroeken, drie paar sokken en een slaapshirt. Mijn schoenen voor op reis zijn lichtgewicht trailrunners, voorts een paar badslippers. Een zwembroek gaat ook altijd mee en een microvezel handdoek.

Kamperen of hotels

De meningen lopen uiteen. Kamperen is erg leuk, maar je hebt aanzienlijk meer spullen mee, dat is dus een afweging. Mijn kampeeruitrusting weegt minder dan 7 kg en past in een 30L tas, maar bij off-road reizen is elke kilogram er een, vooral als die ook nog hoog op de motor zit. In Europa kamperen we vaak, maar bijv. in Zuid-Amerika en in India, zijn hotels relatief goedkoop en is dat makkelijker. We zorgen altijd voor een veilige plek voor de motoren en er gaat altijd een hoes mee om ze wat onzichtbaarder te maken, mochten ze toch buiten moeten staan.

De tent is het belangrijkste onderdeel van de kampeeruitrusting. Neem er eentje waar je in ieder geval rechtop in kan zitten en neem eventueel ook een tarp mee waar je onder kan zitten of koken. Wij nemen de tent altijd een maat groter dan met het aantal personen dat er in moet liggen, dus alleen neem je een tweepersoonstent enz. Dan heb je ruimte om je motorpak en andere spullen droog neer te leggen. Er zijn ook mensen die alleen een hangmat meenemen. De slaapmat is bij voorkeur opblaasbaar en heeft een kleine pakmaat. Bij de slaapzak moet je er op lettend dat de “comfortzone’ gemeten wordt, ervan uitgaand dat iemand technisch ondergoed, sokken en een muts op heeft. Dus een comfort zone van tot 5ºC schiet al gauw tekort als je zonder kleding of alleen in een T-shirt slaapt.

Onze Paklijst is hieronder te downloaden!

Voor de gedetailleerde informatie, over wat wij meenemen, verwijs ik naar de paklijst:

Paklijst 2024 tips en tricks Hans -> hier kun je downloaden!

Uiteraard moet je een idee hebben waar je heen wilt, maak eventueel routes. Er zijn mensen die zeggen: ga zonder navigatie op pad en rij je neus achterna. Echter zal al snel blijken dat je dan vaak op grote doorgaande wegen terecht komt, omdat de wegen zo ingericht worden dat je de kleine, vaak leuke, achterafweggetjes vermijdt. Wij maken daarom thuis routes, dat is ook deel van de voorpret en we bedenken waar we heen willen en wat we willen zien. Onderweg stellen we echter vaak het plan bij en veranderen we de route. Wat we zelden plannen is de volgende stop, tenzij het in een toeristisch gebied is waar alles snel volloopt. Wij bekijken in de middag, bijv. bij de lunch waar we zijn tegen de tijd waar we willen stoppen en kijken dan op Google Maps en dergelijke of daar een hotel is. We boeken het echter vrijwel nooit, mede omdat we zeker willen zijn, dat onze motoren er veilig gestald kunnen worden. Zonder de motor, wordt verder reizen een hele uitdaging, dus dat moet goed geregeld zijn. We maken ook veel gebruik van bijv. de Ioverlander app om informatie over verblijfplaatsen etc. te vinden.

Ook vind je er veel informatie over grensovergangen en wat er noodzakelijk is om een grens te passeren. Voor veel landen zijn er ook whats-app groepen waar mensen elkaar informeren. Een voorbeeld is de ‘Overlanding Whatsapp Community.’

Natuurlijk moet je een paspoort meenemen en er op letten dat je voldoende lege pagina’s hebt. Veel landen stempelen graag en ruim en de stempels mogen elkaar niet raken. Dus vraag eventueel een zakenpaspoort aan, met meer pagina’s of in een enkel geval een tweede paspoort als je door landen reist die met elkaar in conflict zijn. Dat is ook beter als je ergens bent en je een paspoort moet opsturen voor het aanvragen van visa.

Zorg dat je een visum hebt voor het land of de landen waar je heengaat en niet aan de grens komt en wordt teruggestuurd. Ik heb het zien gebeuren. Wij maken ook altijd wat kopieën van de belangrijke papieren, maar vaak moet er aan de grens alsnog weer van allerlei dingen een kopie gemaakt worden met het stempel van de douane er op.

Wil je langer dan 90 dagen in de USA, Canada en Mexico verblijven, dan moet je tevoren een visum aanvragen. Daarvoor zijn de wachttijden vaak lang, soms zelfs meer dan zes maanden.

Vreemde valuta. Meestal heb je in verweggistan contant geld nodig, dat pin je vaak het makkelijkst aan de grens of de eerste stad er na. Bij gebruik van een credit card kost dat vaak veel geld als je saldo negatief is. Je krijgt het dus goedkoper als je er tevoren geld op stort. Ook kan je gebruik maken van een Debitcard Mastercard, zoals N26, Revolut of Bunq. De ervaringen hiermee zijn wat wisselend qua acceptatie, maar wij hebben er veel plezier van gehad in Zuid-Amerika.

Veel landen buiten Europa eisen een TIP voor je motor. Dat is een Temporary Import Permit, let er dus op dat je die krijgt bij binnenkomst, want heb je hem niet, dan heb je een hoop problemen als je het land weer verlaat. In sommige landen, zoals Mexico, zit dat kantoor pas vele kilometers verderop en vergeet je het of mis je het, dan zijn de rapen gaar als je er wordt gecontroleerd. In veel landen zijn er checks om de 50 kilometer, dus de kans dat je wordt gecontroleerd is reëel. Bij een grensovergang tussen Chili en Argentinië vergat men aan Chileens zijde een formulier te geven dat we aan de Argentijnse kant moesten inleveren. Normaal is dat niet erg, maar hier zat er 80 kilometer gravelweg tussen en het was al aan het eind van de middag. In het niemandsland er tussen was niets. Omdat onze motoren al geregistreerd waren in Argentinië liet de man het gaan, maar dat was een uitdaging geworden als we afgewezen waren.

Een enkel land eist een Carnet de Passage, een paspoort voor je voertuig. De meeste zijn in Afrika en het verre oosten.

De relevante informatie vind je bijvoorbeeld hier: //overlandingassociation.org/carnet-de-passage/

De informatie bijv. op Wikipedia is achterhaald. In de Amerika’s heb je nergens een CdP nodig. Neem in Europa altijd de EHIC kaart mee, dat voorkomt problemen, mocht je ergens medische hulp nodig hebben. Standaard wordt die niet meer verstrekt, maar hij is wel op aanvraag leverbaar door de ziektekostenverzekeraar.

Veel staat er verder vermeld in de paklijst, maar nog even een punt van aandacht. Op veel plaatsen is het GSM bereik slecht of niet aanwezig. Ga je naar zo een gebied, zorg dan dat je toch bereikbaar bent of hulp kan inschakelen als dat nodig mocht zijn. Een ongeluk zit vaak in een klein hoekje en kan grote consequenties hebben als je geen hulp kan inschakelen. Een satelliet communicatieapparaat biedt dan uitkomst. Er zijn er diversen op de markt en er zijn kanalen op Youtube te vinden van mensen die al die apparaten uittesten, zoals ‘the hiking guy’. Wij kozen voor de Garmin Inreach en we hebben er beiden een. Niet op de motor bevestigd, maar aan ons zelf. Er zijn mensen die hun motor in een ravijn zagen verdwijnen en zit je apparaatje dan op de motor, dan heb je er niets aan. Let wel op of je abonnement geldig is voor je vertrekt. Met de nieuwe iPhones kan je ook een satellietverbinding maken om hulp in te roepen, maar dat is tot nu toe in een zeer beperkt aantal landen en je kan dat ook niet gebruiken om je thuisfront op de hoogte te houden. Een ander alternatief is een PLB, daarmee kan je ook hulp inroepen, maar niet communiceren. Dat is minder handig als je wilt meedelen dat je medische of technische hulp nodig hebt. Je hebt geen abonnementskosten, behalve dat je in Nederland elk jaar opnieuw registratiekosten moet betalen. In veel andere landen is dat gratis.

Navigatie

Gebruik van een navigatieapparaat is heel makkelijk, al is het voor je inzicht goed om een papieren kaart mee te nemen.

Wij hebben beide een Garmin Zumo XT in Zuid-Amerika en India, voorzien van OSM kaarten via //alternativaslibres.org/en/index.php. Die zijn erg goed. TomToms zijn niet geschikt voor off-road rijden omdat de kaarten daar niet in voorzien.

Binnenkort ga ik over naar een ‘rugged tablet’ voor de navigatie, dat lijkt me beter dan de Zumo’s waar ik toch vaak problemen mee heb. Ik koos voor de //carpe-iter.com/ via www.bluerider.nl

Smartphones kunnen natuurlijk ook goed voor navigatie gebruikt worden, maar ze zijn wel kwetsbaar. De camera, maar ook andere onderdelen, willen nog wel eens sneuvelen en dat is toch lastig.

Wij nemen overigens geen camera meer mee. Dat neemt veel ruimte in en geeft nauwelijks beter resultaat dan een moderne telefoon. Een enkele keer mis je de telelens, maar ja dat is dan niet anders. Wel heb ik een actioncam mee, maar bedenk dat op lange reizen het verwerken van het materiaal veel tijd vergt, en heb je er na de reis nog de puf voor? Ik heb een DJI Osmo 4 met een bluetooth Mic2 microfoon. De Gopro’s blijven achter in ontwikkeling bij de DJI.

Mocht je nog vragen hebben stel die dan gerust. Dat kan onder dit artikel, wij lezen mee.”

Hans en Dia gaan hun volgende reis voorbereiden. Vind je het leuk om hen te volgen? Dan kan dat via hansendiaopreis op Facebook en ook via Polarsteps.com/HansdenOuden. Heb je een erg specifieke vraag, dan kun je ook altijd een e-mail sturen aan redactie@ikzoekeenmotor.nl, dan kunnen wij je, in contact brengen met Hans.

Een uur sparen aan de grens

Hans en Dia schrijven regelmatig tijdens hun motorreis hun verslag van de dag. Zo mogen wij dit verhaal publiceren, geschreven op 20 april vanuit Hongarije. Momenteel rijden ze beiden op een BMW 1250 GSA.
Je kunt al hun motorreizen (met veel meer foto’s, ook van de eerdere jaren) teruglezen en volgen via hun eigen Facebookpagina: Dia and Hans’ Motorcycle Travels

Onze gastheer in Sibiu had ons verteld dat er kans op sneeuw was gisteren, vooral verder naar het westen. We stonden op en zagen dat de zon scheen, maar het was slechts 1°C. We trokken alle lagen aan en vertrokken om 08:00. Transylvania is een prachtig gebied en zeer welvarend. Het is net of je in Oostenrijk bent. Ook de huizen zijn van hetzelfde soort bouw. We maken plannen om hier nog eens heen te komen, zeker die Transfăgărășan en de Transalpina moeten afgetikt worden.

Zo mijmerend rijden we door een prachtig landschap op meanderende wegen terwijl de zon schijnt. Dat duurde dan weer niet de hele dag, want bij vlagen kwamen er donkergrijze wolken over ons heen. Daar viel incidenteel wat regen en zelfs hagel uit. Die hoorde ik dan via de intercom op Dia’s helm kletteren. Het was een prachtige dag! We lunchten in een van de vele prieeltjes die hier langs de weg staan. Rond 16:00 waren we aan de grens, dat kostte weinig tijd deze keer en we reden de Central European Timezone in, dus was het opeens 15:00.

Het eerste plaatsje over de grens is Gyula, het heeft een oud fort en prachtige lanen en pleinen. Ik zag wat hotels op de kaart, maar toen we er voorstonden waren dat van die flatgebouwen uit de communistische tijd. Dia zag even later een bord met een bedje er op. De eigenaar zei echter dat hij geen plaats had, maar wel een oplossing. In zijn KTM werkpak, hij is monteur, fietste hij voor ons uit naar een collega een straat verder. Een groot huis met binnentuin.

De motoren staan onder een afdak en het ligt midden in het centrum. Voor we de kamer te zien kregen stond er al een schnaps op tafel met een bijbehorende halve liter bier! De Hongaren houden er wel van. Het alcoholpromillage waar je mee aan het verkeer mag deelnemen is overigens 0,0! De eigenaar is een verzamelaar en rommelaar. Er staan rijen bierflesjes en andere snuisterijen, zie de foto’s. Het plaatsje is rustig. We vonden een restaurant waar een muzikant op een orgeltje speelt en er bij zingt.

Dat laatste was dan weer niet zijn sterkste kant. Het genre was Peter Maffay, dat was dan wel weer een Roemeen uit Brasov in Transylvania.

De reis gaat morgen verder langs Budapest richting Slowakije.

Hans en Dia vanuit Turkije

Hans en Dia zijn sinds 10 maart weer een mooie motorreis aan het maken. Wij volgen hun verhalen via de Facebookpagina Motorcycle Travels.

Afgelopen maandag
schreven ze dit verhaal
vanuit Safranbolu in Turkije:

Ik geloof niet dat we daar langs kunnen. Er liggen wel erg veel stenen op de weg. Ik zette mijn motor neer en liep verder over het smalle weggetje. Er lagen zoveel stenen dat we er niet langs konden. Maar het werd erger, twintig meter verderop was de weg helemaal weg, ingestort door een aardverschuiving.

De afslag naar de grotere weg was nog maar anderhalve kilometer verderop. Ik keerde Dia’s motor om en wilde daarna mijn motor ook omdraaien, met hulp van Dia. Het ging echter mis, er lag een steen onder de achterband en de weg was steil. Zodoende zakte de grote GS Adventure langzaam om en draaide over de cilinder heen. Ze vallen nooit naar de berg toe kennelijk. Samen probeerden we hem weer overeind te trekken, maar er zat geen beweging in. Gelukkig hebben we een Eastbound Motowinch bij ons en daarmee takelden we de motor weer overeind.

Keren was daarna nog steeds een uitdaging want er lag modder en los grind op de weg. Maar gelukkig lukte het en konden we weer terug rijden naar het begin van dit bergweggetje en een grotere weg nemen naar het eindpunt van de route van vandaag in Safranbolu.

We wilden vandaag vroeg stoppen, maar dat is dus niet gelukt. Helaas waren in Safranbolu vrijwel alle hotels gesloten, ondanks dat ze wel te boeken zijn op Booking.com. Het stadje dat op de werelderfgoed lijst staat hebben we zodoende niet echt bezocht. Er even buiten vonden we wel een hotelletje. Er is echter geen verwarming, behalve een straalkacheltje en pas vanavond warm water. De nacht wordt koud, naar verwachting 0°C. Eten is hier pas na zonsondergang verkrijgbaar. We gaan daarom vanavond ons ontbijt van morgen opeten en dan zien we morgen wel weer verder.

De rest van de route was overigens prachtig en we zagen weliswaar grijze wolken in de spiegels, maar tot in de middag scheen de zon.

Een spannende motortrip

Hans en Dia berichten ons regelmatig tijdens hun motorreis. Zo schreven ze ons afgelopen maandag vanuit Gorges de Dadès in Marokko. Je kunt hun motorreizen (en veel meer foto’s) overigens volgen via hun eigen Facebookpagina: Dia and Hans’ Motorcycle Travels

Opeens hield het asfalt op. We reden op de RR704 richting de Gorges de Dadès. Het werd een geitenpad langs een kloof. Aan de ene kant de berghelling en aan de andere kant het ravijn. Het was af en toe best spannend hobbelen over rotsen en rul zand. Vooral de haarspeldbochten werden een uitdaging want de meeste hadden los zand.

Hoewel de GS’en zwaar zijn, zijn ze gelukkig wel handelbaar. We hebben de 40 kilometer geitenpad gered zonder calamiteiten. Een goed begin van het nieuwe jaar!

We waren om 09:15 vertrokken richting het noorden. Tinghir ligt op 1300 meter en de weg ging geleidelijk aan omhoog door een prachtig, onherbergzaam gebied. Uiteindelijk reden we op bijna 3000 meter. Daar was het slechts 3°C en de lucht werd donkergrijs. Behalve dat er een paar plekjes verijsde sneeuw lagen, begon het ook licht te hagelen en daarna te sneeuwen. Naar het oosten zag het er nog somberder uit, maar gelukkig reden wij naar het westen.

We reden door verschillende kloven of wel gorges. Het begon al met de Toudgha el Oulia, natuurlijk de gorge de Dádes en de Ait Sedrate Jbel el. Gelukkig legt de Smartphone ook de locatie vast, anders was ik kansloos…

Rond 18:00 uur waren we weer in het hotel. Een mooi begin van het nieuwe jaar.

Hans en Dia vanuit Marokko

Hans en Dia berichten ons regelmatig tijdens hun motorreis. Vandaag schrijven ze ons vanuit Taroudant, in Marokko waar ze nu 2 weken zijn.
Je kunt hun motorreizen overigens ook volgen via hun eigen Facebookpagina: Dia and Hans’ Motorcycle Travels.

“We vinden het een schitterend land en genieten van de mooie wegen en de prachtige steden en ontzettend aardige mensen. Marrakech hebben we snel verlaten. We vonden er weinig aan na Fes en Chefchaouen. Daarnaast is het buiten de medina groot en druk. Er wonen dan ook een miljoen mensen. Na een halfuur waren we de stad uit en gingen we de bergen in. De weg was in onderhoud en daardoor tamelijk slecht.

De omgeving was schitterend, maar de aardbeving van afgelopen september heeft veel schade aangericht aan de huizen. Dat is wel hartverscheurend om te zien. Van sommige dorpen is helemaal niets over, alleen puin. Op andere plaatsen waren de huizen wel overeind gebleven, maar zaten er vaak grote gaten in de muren of was het dak weg. De bergbewoners zijn sowieso niet de welvarendste Marokkanen.

Na de rijkdom in Marrakech is het contrast schrijnend. Veel mensen wonen nu al weer maanden in tenten of containers. Vooral rond het epicentrum van de aardbeving stond er geen steen meer op de andere. De overheid hier pakt het tot nu toe niet erg voortvarend aan, kregen we de indruk. De Atlas is echter prachtig om doorheen te rijden. Wel zijn er een aantal stukken waar de weg erg smal is en vlak langs het ravijn loopt. Geen traject voor mensen met hoogtevrees.

Opvallend hier is, hoe vriendelijk iedereen naar je zwaait en de kinderen staan langs de kant om je een high five te geven en te zwaaien. De lolly’s zijn inmiddels op, dus we moeten weer een nieuwe zak kopen. We reden over de hoogste pas van Noord-Afrika op 2100m Tizi N’ Test. Er was een restaurant waar we lunchten, al kletsend met twee Nederlandse camperaars, die de andere kant op reden.

In Taroudant werden we het slachtoffer van de lokale dienstklopper die vond dat we niet stil genoeg hadden gestaan bij een stopbord en daar wilde hij twee keer MAD 400 voor hebben. Toen hij aan de tweede bekeuring wilde beginnen zeiden we dat eentje wel genoeg was. Gelukkig kon hij zich daar in vinden. De Riad waar we verblijven is heel onopvallend aan de buitenkant, maar van binnen de mooiste plek tot nu toe.”